Vader en zoon rijden 7000 kilometer in een oude auto naar Dakar: 'Dat verdiept je band'
In dit artikel:
Peter (70) en zijn zoon Nout (32) uit Zevenaar gaan op 1 november drieënhalve week op pad voor de Amsterdam‑Dakar Challenge: een jaarlijkse tocht van ongeveer 7.000 km van Amsterdam naar Dakar/Banjul door onder meer Noord‑ en West‑Afrika. Ze rijden niet in een moderne terreinwagen maar in een twintig jaar oude Subaru met zo’n 400.000 km op de teller, waarvoor ze reserveonderdelen meenemen en aannemen dat er onderweg wel wat geklust moet worden. Omdat reparaties in Marokko goedkoper kunnen zijn, laten ze sommige klusjes bewust daar uitvoeren.
Het duo ziet de rit als combinatie van avontuur, autoreizen en sponsoren: de auto wordt bij aankomst in Banjul geveild en de opbrengst gaat naar kansarme meisjes in Gambia zodat zij hun opleiding kunnen afmaken. Voor Peter en Nout, die meedoen met ongeveer veertig teams, is de opbrengst maatschappelijk doelbewust; het afscheid van “je auto” bij de veiling belooft emotioneel te worden.
Praktisch bereiden ze zich ook voor op onvoorspelbare omstandigheden: visums, grenscontrole en gezondheidsrisico’s zoals malaria zijn onbekende factoren. Tijdens de eerste etappes slapen ze vooral in goedkope B&B’s; later wordt dat lastiger en verdwijnen slaapplaatsen naar de auto of tent, waarbij Peter de voorkeur geeft aan slapen in de auto vanwege wilde dieren zoals schorpioenen.
De Amsterdam‑Dakar Challenge bestaat sinds 2004 en is geen wedstrijdzuchtig evenement maar een reis met goede doelen als einddoel. Na de veiling vliegen Peter en Nout terug; ze verwachten dinsdags weer thuis te zijn en meteen woensdag weer aan het werk te gaan.