'Mijn vader is ook weggevoerd', de aangrijpende brieven van Puttense kinderen
In dit artikel:
Ridder René van het geschiedenisplatform Ridders van Gelre bezocht de Koninklijke Verzamelingen in Den Haag om daar indrukwekkende brieven van Puttense schoolkinderen te bekijken. Deze 29 handgeschreven stukken stammen uit september 1945 en zijn gericht aan koningin Wilhelmina, die kort daarvoor 65 was geworden. Hoewel de leerlingen haar feliciteerden, staat hun schrijven vooral bol van rouw: ze vertellen over het verlies van vaders, broers en buren na de razzia in Putten op 1 oktober 1944.
Die razzia was een daad van vergelding van de Duitse bezetter, nadat in de nacht van 30 september op 1 oktober een aanslag op Wehrmacht-officieren had geleid tot de dood van een Duitse officier. Op 1 oktober werden alle mannen op Puttens grondgebied opgepakt en opgesloten in onder meer de kerk en de dorpsschool; zes mannen en één vrouw werden ter plekke doodgeschoten. Vrouwen en kinderen werden later die dag vrijgelaten en het dorp werd ontruimd; 105 huizen gingen in vlammen op. De 659 mannen tussen 15 en 50 jaar werden via Kamp Amersfoort naar concentratiekamp Neuengamme en andere kampen in Duitsland gestuurd. Van hen overleefden 552 de oorlog niet; slechts 48 mannen keerden na de bevrijding terug.
De brieven in de Koninklijke Verzamelingen geven persoonlijke inkijkjes: kinderen beschrijven hoe hun vader of broer werd weggevoerd en nooit terugkwam. Voorbeelden zijn Aartje Petersen, die haar vader Brand Petersen (overleden 18 november 1944 in Hamburg, 48 jaar) en haar broer Peter (gestorven in Neuengamme, 18 jaar) verloor, en Cornelis, wiens broer Beert van Nieuwenhuizen op 31 december 1944 in Neuengamme overleed, 26 jaar oud. De leerlingen nodigen Wilhelmina uit om de school te bezoeken; zij had het dorp echter al bezocht op 4 juli 1945. Een schriftelijk antwoord op de begeleidende brief van de hoofdonderwijzer is aangetekend als “Beantwoord.”
De razzia liet een levenslange leegte in Putten achter: gezinnen zonder mannen, kinderen die opgroeiden zonder vader. De gebeurtenis is in de koninklijke herinnering verankerd: koningin Juliana onthulde in 1949 het monument “De Vrouw van Putten,” koningin Beatrix woonde latere herdenkingen bij en koning Willem-Alexander was aanwezig bij de tachtigste herdenking in oktober 2024. De brieven in de Koninklijke Verzamelingen behoren tot de meest aangrijpende documenten over die periode en vormen een tastbaar bewijs van persoonlijk leed en collectieve rouw.
Ridders van Gelre publiceert hierover op riddersvangelre.nl en organiseert regelmatig rondleidingen naar bijzondere historische plekken.